woensdag 15 juli 2015

De Small Ships Race, deel twee

Hier het tweede deel van het verslag van onze vakantie naar Engeland, die begon met de Small Ships Race. We zijn net de havenpieren van IJmuiden gepasseerd, klaar voor onze eerste echte oversteek.

Gelukkig zijn we niet alleen. We varen nog steeds op met de andere deelnemers, en een aantal van hen zullen gedurende de hele rit vrij dicht bij ons blijven. Ook spreken we elkaar om de twee uur via de marifoon. Goed voor het moreel om te horen dat je niet alleen bent. Ook aardig om te weten hoe het de anderen vergaat. Sommigen delen vrolijk mee dat ze net een bakje thee gezet hebben. Anderen hebben een iets minder fijne vaart en zitten met zeezieke bemanningsleden, of met een boot die niet vooruit te branden is. Gelukkig zijn er nog geen serieuze problemen voorgevallen.

De Rakken, een snelle raceboot, is ons vlug gepasseerd
Na twee, drie uurtjes zelf sturen is het tijd om de stuurautomaat eens aan het werk te zetten. Automaat op het plankje zetten, koers instellen, en klaar is Kees. Steady as she goes. Met een vaartje van vier knopen hobbelen we af op de eerste hindernis, het windmolenpark. We kunnen het niet noordelijk passeren. Dat is nét niet bezeild, en bovendien staat de stroom naar het zuiden. Zelfs als we het zouden halen, is de kans dus groot dat we alsnog in het windmolenpark belanden. We kiezen er dus voor om een beetje af te vallen en zuidelijk van het windpark te blijven. 

Zeiljacht Espirit
Nadat we het windmolenpark gepasseerd zijn, besluit Ivo een dutje te doen. Nu ik niet hoef te sturen, heb ik tijd om alles eens rustig in me op te nemen. Er zijn een paar grote schepen, ver weg. Maar ze lijken niet te bewegen. Op de kaart staat dat daar een ankergebied voor grote schepen is. Ik zie de Waterjuffer vrij dicht langs de stil liggende schepen varen. Het kleine zeiltje valt in het niet bij die grote joekels...


Waterjuffer passeert een voor anker liggend vrachtschip
Na anderhalf uur is Ivo weer wakker. Tijd voor een kopje soep. Ik ben in ons kombuisje met pannetjes in de weer, terwijl Ivo tegenover me zit en de kaart bestudeert. Maar dan ineens maakt de boot een rare beweging. Ze is uit zichzelf overstag gegaan! We zijn allebei héél erg vlug buiten. Terwijl ik het roer pak, kijkt Ivo wat er aan de hand is. Met de stuurautomaat zelf is er gelukkig niks mis. Maar het touwtje waarmee de automaat aan de plank bevestigd zat, is los gekomen, met schroef en al. Het houten plankje heeft de winter helaas niet goed doorstaan. Gelukkig weet Ivo met een stuk touw het plankje provisorisch te repareren. De stuurautomaat kan zijn werk weer hervatten.

De zon kruipt intussen hoger en hoger. Ochtend wordt middag, en middag wordt namiddag. We zijn al flink wat uren aan het varen, en we hebben nog flink wat uren te gaan. We zijn echt midden op zee, mijlenver verwijderd van alles en iedereen. Hier zie je zelfs vrijwel geen vogels meer. De eerste keer dat ik met mijn eigen boot zo ver de zee op was, bij de Seinebaai, vloog dat idee me nog aan. Nu is dat al een stuk minder. Alles went, zelfs zeezeilen...
 
Onderweg komen we veel ferry's tegen
Om een uur of tien in de avond is het tijd voor een dutje. Twee uurtjes later ben ik weer wakker. De zon is inmiddels onder gegaan. Vanaf twaalf uur zijn er ook geen marifoonrondjes meer, om de slapende bemanningsleden wat rust te gunnen. We zijn inmiddels de eerste shipping lane gepasseerd. Plan was om die met zijn tweeën aan dek te passeren. Twee paar ogen zien immers meer dan één. Maar het was zo rustig, dat Ivo me heeft laten slapen. Over een half uurtje komen we bij de tweede shipping lane. Die zal ook wel een eitje zijn.

Zonsondergang
Net als Ivo naar bed wil gaan zie ik lichtjes. Een groot schip. Gaan we daar voorlangs of achterlangs? Ivo kan het ook niet meteen inschatten, dus blijft hij op om mee te kijken. En als boot nummer één geen probleem meer is, komt de tweede. En de derde. En de vierde. Dat valt vies tegen, met de drukte! Pas als we de tweede shipping lane gepasseerd zijn, kan hij naar bed. Dan heb ik de boot voor me alleen. Alhoewel, helemaal alleen ben ik niet. In de verte zie ik een klein lichtje. Het is de Waterjuffer, die al een tijdlang gelijk met ons op vaart.

Het is een mooie nacht, ook al wordt het rond deze tijd van het jaar niet echt donker meer. Rond de boot lichten de golven op. De boeggolf van onze boot maakt voortdurend kleine sterretjes in het water. Het zijn algjes die een bepaalde chemische reactie laten zien als ze in beweging komen. Dit wordt ook wel zeevonk genoemd. Af en toe kijk ik op de kaart. We zijn al over de helft! Dat schiet lekker op.

Zijn we er al, Grote Smurf?
Vlak voor de zon op komt, wisselen Ivo en ik elkaar weer af. In mijn slaapzak luister ik mee naar de marifoon. Een van de deelnemende boten, de Neptunine, heeft haar roer gebroken en spreekt met de kustwacht over een eventuele sleep. Ik hoop maar dat dat goed afloopt. Omdat ik nu best wel moe ben, val ik toch vrij snel in slaap. Tijdens mijn slaap voel ik dat de wind aan het afnemen is. De marifoonrondjes beginnen tegen zes uur in de ochtend ook weer. Verschillende boten melden dat ze de motor gestart hebben. Hopelijk hoeven wij dat niet te doen...

Wordt vervolgd.
 
En nog twee mooie foto's van de Parel, met vierentwintig voet een van de grotere schepen in de race



3 opmerkingen:

  1. Mooi verhaal weer Joke, ben benieuwd naar het vervolg

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Oooh als ik je verhaal lees geniet in helemaal mee!!!

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dankjulliewel voor de reacties :) Altijd fijn om te lezen dat je werk gewaardeerd wor

      Verwijderen